zaterdag 28 juli 2012

Leeuwen, cheeta’s en de voice of Africa - blog 5 - ZA


28 juli 2012, 


Het is zaterdag en we doen een ‘game-drive’ in het Inkwenkwezi-reservaat. De weg is ruig en rotsig. ‘Free massage’ noemen ze dat hier. We zien impala’s, wrattenzwijnen, zebra’s, struisvogels en een oude giraf. Opeens staan we voor een dubbel hek. Justin, de jonge gids zegt: ‘Ik laat jullie de leeuwen zien. Handen en voeten binnenboord. Geen onverwachte bewegingen! De leeuwen registreren feilloos wie er zwakte vertoont. Ze  horen je korte ademhaling, zien de nerveuze bewegingen en ruiken het angstzweet.’ 

We rijden in een open wagen. Ik zit voorin. ‘Achterin zit ik wat hoger, kan ik betere foto’s maken,’ probeer ik zo geloofwaardig mogelijk te zeggen.  
We rijden off-road als ik een pluizig, geel gedaante in het gras ontwaar. Ik verwacht dat Justin er met een grote boog omheen gaat. Niets daarvan! Hij rijdt erop af en stopt op zo’n 5 meter afstand. Ik ben verbazingwekkend kalm maar alert. De leeuwen staren me vriendelijk aan. Toch komen ze arrogant en dominant over. Alsof ze denken: ‘je hebt geluk dat we net gegeten hebben en aan ons middagdutje toe zijn. Maar daag ons niet uit, er kan nog meer bij.’ Justin legt uit dat de leeuwen maar 2 dimensies zien. De auto waarin wij zitten lijkt voor hun als een te groot dier om aan te vallen. ‘Het zijn eigenlijk lafaards. Als je uit de auto stapt, rennen ze waarschijnlijk weg. Maar ze kunnen je ook pakken en dan ben je kansloos. Een leeuw slaat met gemak in één klap een autoband aan flarden.’
Na afloop van deze turbulente rit wacht ons nog een verrassing. We mogen de cheeta’s aaien. Ik weet niet hoe het komt, maar ik denk dat we met apies gaan spelen. Als ik zie dat de gids het hek openmaakt waarin deze enorme, gevlekte katten vervaarlijk rondlopen denk ik even dat er sprake moet zijn van een groot misverstand. De gids loopt zonder twijfel naar binnen en vertelt dat de cheeta’s door mensen zijn opgevoed. Vooruit dan maar, als je de leeuwen overleeft, dan zullen een stelletje cheeta’s ook wel gaan. 
Op zondag neemt buurman BB ons mee naar de zwarte kerk in het township Duncan. Onderweg zien we de armoedige hutjes.  Alles gebeurt in dat ene, kleine kamertje. Heel soms hebben ze een tv of een koelkast. Maar als je de omstandigheden ziet, vraag je je af hoe ze erin slagen om zo netjes gekleed in de kerk te verschijnen.  
'Er vinden veel overvallen plaats. De jongens werken in groepen, kijken welke prooi zwak is en gaan er op af,' zegt BB. Waar heb ik dat eerder gehoord? 'Ze eisen je mobiel en geld. Als je weigert of niets bij je hebt, doorzoeken ze je spullen. Tegenstribbelen betekent dat ze je in elkaar rammen of erger.' 
De kerk is halfvol als we binnen komen. We krijgen een paar welgemeende omhelzingen.  De mannen zitten apart. Het gezang is indrukwekkend, vol overgave. Wat een volume, niet alleen mij trommelvliezen vibreren, mijn hele lijf doet mee. Achteraf horen we dat ze extra hard zingen als er blanken op bezoek komen. Mensen lopen in en uit. Kinderen spelen. Pubers nemen de dienst op met hun telefoon. Twee muzikanten komen binnen. Tijdens een prachtig lied testen ze hun elektronische pianootjes en slaan wat op het drumstel. Beide partijen trekken zich niets van elkaar aan. Drie nummers verder zijn de muzikanten eindelijk klaar om mee te doen. De voorganger wijst de dame achter ons aan om het lied in te zetten. Ze zingt met zo ongelooflijk veel volume! Ze denkt vast dat wij in de jury zitten van de voice of Africa! Mijn trommelvliezen houden het maar net. De pianist, die alles op gehoor doet, heeft enkele minuten de tijd nodig om de juiste tonen te vinden. Tegen het eind van het lied heeft hij die gevonden. 
Daarna verontschuldigt hij zich en verlaten we de kerk. Hij heeft nog een andere afspraak.  BB stapt naar voren en wenkt ons. We vertellen wie we zijn en wat we komen doen. 
Later meer. 
Michel Linthorst
michellinthorst@live.nl


Geen opmerkingen:

Een reactie posten